Lessenserie Keith Haring Les 1, Beeldende Vorming
Tijdens de
eerste les van deze lessenserie krijgen de leerlingen een eerste blik op het
werk van Keith Haring. Met behulp van een PowerPoint krijgen de leerlingen
verschillende werken te zien van Keith Haring, vervolgens gaan de leerlingen op
zoek naar kenmerken van zijn werk. Wanneer dit voor iedereen duidelijk is mogen
de leerlingen zelf een product gaan maken in de stijl van Keith Haring. Ze
krijgen verschillende criteria waar het werk aan moet voldoen. In het slot van de les worden de verschillende werken met elkaar vergeleken en kijken de leerlingen kritisch naar hun eigen werk.
Introductie (10 minuten): - De leerlingen krijgen een PowerPoint voorstelling te zien met werk van Keith Haring. Er wordt aan hen de vraag gesteld of ze dit werk misschien kennen of al wel eens ergens gezien hebben (en waar dan?). - De leerkracht vertelt in het kort wie Keith Haring is en waarom hij zo’n beroemde kunstenaar is. - De leerlingen krijgen in tweetallen de opdracht om overeenkomsten op te schrijven van de kunstwerken die ze zien op het digibord. Dit zijn allemaal werken van Keith Haring. Wanneer ze dit opgeschreven hebben wordt dit klassikaal terug gepakt en worden de belangrijkste dingen op het bord geschreven. Kern (25 minuten): - De leerkracht vertelt de leerlingen dat ze zelf een product gaan maken in de stijl van Keith Haring. Het werk moet aan de volgende criteria voldoen: * poppetjes * felle kleuren * verven van de felle kleuren * ronde vormen - Het is de bedoeling dat de leerlingen de ondergrond van het papier verven met kleur(en) naar keuze. Vervolgens gaan ze papier gebruiken om poppetjes op te tekenen, deze knippen ze uit en plakken ze op de geverfde ondergrond. - De leerlingen mogen zelf weten hoe de poppetjes eruit zien wel moeten ze goed letten op de ronde vormen, vooral bij het knippen. Om dit te oefenen moeten de leerlingen eerst 2 figuren tekenen (gewoon op wit papier) met veel ronde vormen en deze vervolgens uitknippen. Op deze manier hebben ze deze techniek al een klein beetje geoefend en weten ze hoe moeilijk ze het zichzelf kunnen maken. - De leerlingen gaan zelfstandig aan het werk, ze maken allemaal een eigen product. - De leerkracht loopt rond en helpt waar nodig. Slot (10 minuten): - De klas wordt opgeruimd door de leerlingen, de leerkracht speelt hier een begeleidende rol. - De leerkracht laat een aantal producten van de leerlingen zien voor de klas. Het is aan de klas om te bekijken of het voldoet aan alle criteria. Ook wordt er gekeken naar overeenkomsten en verschillen tussen de verschillende werken. - De leerlingen denken in tweetallen na over de vraag wat ze de volgende keer eventueel anders zouden doen en waarop ze heel erg trots zijn. Dit schrijven ze vervolgens op een briefje en plakken ze achter op hun product. |
|