Keuzes en visie
Gevolgen van
het onderzoek
Door het onderzoek wat ik gedaan heb, zowel theoretisch als in de praktijk is mijn visie op het kunst onderwijs wel degelijk veranderd. Omdat ik nog niet veel af wist van cultuureducatie en kunstsamenhang kwam dit nooit echt terug in mijn visie. Ik dacht altijd dat het goed was om vakdocenten te hebben op de basisscholen voor kunstvakken en veel verder kwam ik niet met mijn visie. Maar doordat mijn onderzoek heeft uitgewezen dat leerlingen veel meer betrokkenheid tonen bij kunstsamenhang en dat leerlingen ook met meerdere lessen veel dieper op één onderwerp in gaan, vind ik nu ook de samenhang in kunstvakken erg belangrijk. De opdracht wordt hierdoor veel betekenisvoller en het gevolg hiervan is dat de leerlingen enthousiaster zijn en extra gemotiveerd om zich ergens in te verdiepen en mooi werk af te leveren.
Ook is uit het praktijkonderzoek gebleken dat leerlingen de achtergrond van een kunstenaar/stijl heel erg interressant vinden. Ik behandelde dit altijd wel in mijn lessen, maar eerlijk gezegd zo kort mogelijk. Ik had altijd het idee dat leerlingen dit saai vonden en ze het niet veel kon boeien omdat het zich niet in hun leefwereld afspeelt, maar geschiedenis is. Wat ik erg verrassend vond na het onderzoek is dat de leerlingen aangeven dat ze het juist heel erg leuk vinden om te weten wie Keith Haring precies is en waarom hij bepaalde kunstwerken maakte. Een lessenserie ontwerpen n.a.v. een bepaalde stijl of periode in de geschiedenis is dus boeiend om te doen maar zeker zo leerzaam is het om een kunstenaar te ontwerpen. Ik heb dit onderzoek nu uitgevoerd in groep 5, ik ben zeer benieuwd of dit in de lagere groepen ook het geval is. Ik denk dat je het op een simpelere manier aanbied en dicht bij de leerlingen blijft zeker te bereiken is, ik ga hier zeker mee experimenteren in de toekomst!
Ook heb ik zelf ervaren hoe het was om verschillende soorten lessen te geven (muziek, drama, beeldende vorming en literatuur/poëzie). Dit was voor het eerst dat ik een drama en muziekles heb gegeven, ik liep deze vakken eigenlijk altijd uit de weg. Als je er zelf niet zoveel mee hebt sta je toch minder zeker voor de klas. Ik heb deze lessenserie ervaren dat als je je maar goed voorbereid dit prima te doen is. Ik heb ervoor gezorgd dat ik mijn doelen goed centraal had en hier voldoende kunde en kennis over bezat. Ik vond de dramales ook één van de leukste lessen om te geven, je zag de leerlingen op zo'n andere manier meedoen dan dat je ze gewoon bij je in de klas hebt zitten. Nadat ik het eerst altijd uit de weg liep denk ik dat het nu juist heel erg belangrijk is dat de klassenleraar deze lessen zelf verzorgd. Een aantal leerlingen blinken in deze vakken juist heel erg uit en je kijkt zo op een heel ander manier naar het kind, hetzelfde geldt na mijn idee voor de gymlessen.
Behalve dat mijn visie op het kunstonderwijs is veranderd heb ik ook de school de kans gegeven om zich verder in kunsteducatie te verdiepen. Ik hoop hen hier enthousiast voor te hebben gemaakt door mijn theoretisch onderzoek met hen te delen en de accenten te leggen op de conclusies uit de praktijk op hun eigen school.
Om Kunst In Samenhang doelgericht en betekenisvol te maken is het belangrijk om het didactisch model te gebruiken (de Graaf, 2011). Dit model heb ik dan ook bij al mijn kunstlessen gebruikt, wanneer je dit model hanteert gebruik je drie productcomponenten die in een kunstles terug te vinden zijn.
- Betekenis, dit heeft te maken met de inhoud van de opdracht, het is belangrijk dat de inhoud/opdracht een link heeft met de belevingswereld van de kinderen.
- Vorm, dit heeft te maken met de beeldaspecten waardoor de inhoud vorm krijgt.
- Materiaal, dit heeft te maken met de gebruikte materialen tijdens de les.
Door de lessen die ik met behulp van dit model gegeven heb ik mijn mentor hier nu ook van overtuigd. Ook zij gebruikt tijdens haar kunstlessen nu het didactisch model.
Proces
Dit onderzoek is gedaan omdat kunsteducatie de laatste jaren een grote sprong heeft gemaakt binnen het kunstonderwijs en beeldende vorming hier een belangrijk deel van uitmaakt. Ik heb mezelf de vraag gesteld wat het nou precies inhoudt en of het echt een meerwaarde heeft voor het vak beeldende vorming. Ik heb verschillende ontdekkingen gedaan en nieuwe ideeën gevormd over het begrip kunsteducatie.
Ik ben begonnen met een literatuurstudie over kunsteducatie, cultuureducatie en kunst in samenhang. Van tevoren dacht ik dat dit allemaal precies hetzelfde in zou houden maar het blijken toch uiteenlopende begrippen te zijn. Ik heb gekozen om het onderzoek te vervolgens over het begrip kunsteducatie aangezien dit voor mij het beste aansloot bij het onderwijzen van de kunstvakken en waar ik meer over wilde leren.
Het gevolg van deze literatuurstudie is dat ik beeldende vorming nu een onderdeel vind van een proces, genaamd cultuureducatie. De didactiek van beeldende vorming heb ik de afgelopen altijd goed toegepast maar ik heb nooit iets gedaan waarbij ook de andere kunstvakken aan de orde kwamen. Ik liep kunsteducatie uit de weg omdat ik mezelf niet op mijn plek voel bij vakken als muziek en drama. Uit de theorie is gebleken dat iedere leerkracht deze vakken kan onderwijzen, je moet je hier als leerkracht wel voor in willen zetten. Wanneer je ervoor zorgt dat je de juiste didactiek toepast in je lessen en het zorgvuldig voorbereid dan lukt dit ook, en oefening baart tenslotte kunst!
In het praktijkonderzoek heb ik lessenserie van vijf gegeven waar beeldende vorming, muziek, drama en poëzie deel van uitmaakten. Ik heb ervaren dat het klopt wat er in de literatuur staat, ik heb ervaren dat je met een goede voorbereiding ook bij deze vakken een heel eind komt. Het kost wel meer moeite dan een vak wat je meer ligt, maar je krijgt er dan ook veel voor terug. Ik vond het heel erg leuk om te doen en te zien dat ik de leerlingen ook op dit gebied wat bij kon brengen. Echter wanneer je je hier als leerkracht niet voldoende voor inzet is de kans van slagen minimaal.
Na het uitvoeren van de lessenserie waren de leerlingen dolenthousiast, vooral over het feit dat ze zoveel wisten te vertellen van Keith Haring en zijn stijl. Dit heeft mij het meest verbaasd. In eerste instantie leek het mij geen leuk idee om het aan een kunstenaar te koppelen, ik dacht dat leerlingen dit saai zouden vinden. Vervolgens heb ik voor Keith Haring gekozen omdat zijn stijl misschien nog vrij dicht bij de kinderen zou liggen, verder wist ik ook niet veel van hem af. Toen ik de lessenserie ontwierp bleek ik het ook interessant vinden om meer over de kunstenaar te weten en erachter te komen waarom hij nou precies die stijl toepast in zijn werk. Verrassend was dat de leerlingen mijn mening deelde. De leerlingen blijken er dus echt enthousiast over te zijn, op deze manier kun je dus ook je beeldende vorming/kunst lessen veel betekenisvoller maken voor zowel de leerlingen als voor jezelf als leerkracht.
Uiteindelijk heb ik erg veel geleerd tijdens deze vakverdieping over kunsteducatie en beeldende vorming als deel hiervan, ervaren dat ik ook drama en muzieklessen leuk kan geven en de mening gevormd dat kunsteducatie deel uit moet maken van het onderwijs op alle basisscholen!
Gemaakte keuzes
Bij aanvang van het onderzoek noemde ik nog verschillende termen, kunsteducatie, cultuureducatie en kunst in samenhang. Ik dacht dat het allemaal onder hetzelfde viel. Ik heb ervoor gekozen om in de rest van het verslag altijd het woord cultuureducatie te gebruiken omdat er wel degelijk verschil is tussen deze 3 termen. Cultuureducatie verschilt eigenlijk het meeste doordat kunst een onderdeel is van cultuur en dat het geen synoniemen van elkaar zijn. Kunst is samenhang komt overeen met cultuureducatie, maar dan ben ik van mening dat het woord cultuureducatie toch meer bij ons onderwijs past. Educatie betekend immers lerend, opvoedend en vormend. En uiteindelijk is dat toch wat we willen bereiken met de kunstvakken. Niet alleen de samenhang staat centraal maar ook het leerproces en vooral de vorming die bijdraagt aan de opvoeding van de leerlingen. Het ultieme doel van educatie is toch de leerlingen wat ‘leren’, door kunst te onderwijzen, leert de leerling om op een andere, kritische manier naar al het beeldende materiaal om hem heen te kijken. Door kunst krijgen kinderen en jongeren de kans andere talenten te ontwikkelen dan de schoolse vaardigheden.
Mijn visie
Door het theoretisch- en het praktijkonderzoek is de kijk op cultuureducatie veranderd. Ik heb het woord meer betekenis kunnen geven en na aanleiding van de lessenserie die gegeven is zijn er nieuwe ideeën over ontstaan en is mijn visie als volgt:
Ik ben van mening dat kunsteducatie onafscheidelijk deel uit maakt van onderwijs maar ook van de opvoeding. Wanneer je kinderen wilt inwijden in de wereld, een eigen plek geven en ook zelf een bijdrage laten leveren aan het vormgeven van de dagelijkse werkelijkheid, dan kun je niet om kunst en cultuur heen. Het geeft kinderen een andere blik op de wereld en leert ze 'out of the box' te denken. Want als we doen wat we altijd hebben gedaan, krijgen we ook resultaat wat we altijd al hebben gehad. Het is aan de leerkrachten om de kinderen te laten zien dat er nog veel meer mogelijkheden liggen.
Daarnaast draagt kunst waarden over van generatie op generatie. Door kunst krijgen kinderen en jongeren de kans andere talenten te ontwikkelen dan de schoolse vaardigheden. Daarnaast kan kunst worden ingezet als middel bij andere ontwikkelingsgebieden, zoals sociaal-emotionele ontwikkeling en taalontwikkeling.
Door praktisch en probleemoplossend bezig te zijn met materialen zal de leerling een houding ontwikkelen waarin hij in staat is om andersoortige problemen op een creatieve manier op te lossen. Kunst stimuleert de fantasie en breidt oplossingsmogelijkheden uit.
Door het onderzoek wat ik gedaan heb, zowel theoretisch als in de praktijk is mijn visie op het kunst onderwijs wel degelijk veranderd. Omdat ik nog niet veel af wist van cultuureducatie en kunstsamenhang kwam dit nooit echt terug in mijn visie. Ik dacht altijd dat het goed was om vakdocenten te hebben op de basisscholen voor kunstvakken en veel verder kwam ik niet met mijn visie. Maar doordat mijn onderzoek heeft uitgewezen dat leerlingen veel meer betrokkenheid tonen bij kunstsamenhang en dat leerlingen ook met meerdere lessen veel dieper op één onderwerp in gaan, vind ik nu ook de samenhang in kunstvakken erg belangrijk. De opdracht wordt hierdoor veel betekenisvoller en het gevolg hiervan is dat de leerlingen enthousiaster zijn en extra gemotiveerd om zich ergens in te verdiepen en mooi werk af te leveren.
Ook is uit het praktijkonderzoek gebleken dat leerlingen de achtergrond van een kunstenaar/stijl heel erg interressant vinden. Ik behandelde dit altijd wel in mijn lessen, maar eerlijk gezegd zo kort mogelijk. Ik had altijd het idee dat leerlingen dit saai vonden en ze het niet veel kon boeien omdat het zich niet in hun leefwereld afspeelt, maar geschiedenis is. Wat ik erg verrassend vond na het onderzoek is dat de leerlingen aangeven dat ze het juist heel erg leuk vinden om te weten wie Keith Haring precies is en waarom hij bepaalde kunstwerken maakte. Een lessenserie ontwerpen n.a.v. een bepaalde stijl of periode in de geschiedenis is dus boeiend om te doen maar zeker zo leerzaam is het om een kunstenaar te ontwerpen. Ik heb dit onderzoek nu uitgevoerd in groep 5, ik ben zeer benieuwd of dit in de lagere groepen ook het geval is. Ik denk dat je het op een simpelere manier aanbied en dicht bij de leerlingen blijft zeker te bereiken is, ik ga hier zeker mee experimenteren in de toekomst!
Ook heb ik zelf ervaren hoe het was om verschillende soorten lessen te geven (muziek, drama, beeldende vorming en literatuur/poëzie). Dit was voor het eerst dat ik een drama en muziekles heb gegeven, ik liep deze vakken eigenlijk altijd uit de weg. Als je er zelf niet zoveel mee hebt sta je toch minder zeker voor de klas. Ik heb deze lessenserie ervaren dat als je je maar goed voorbereid dit prima te doen is. Ik heb ervoor gezorgd dat ik mijn doelen goed centraal had en hier voldoende kunde en kennis over bezat. Ik vond de dramales ook één van de leukste lessen om te geven, je zag de leerlingen op zo'n andere manier meedoen dan dat je ze gewoon bij je in de klas hebt zitten. Nadat ik het eerst altijd uit de weg liep denk ik dat het nu juist heel erg belangrijk is dat de klassenleraar deze lessen zelf verzorgd. Een aantal leerlingen blinken in deze vakken juist heel erg uit en je kijkt zo op een heel ander manier naar het kind, hetzelfde geldt na mijn idee voor de gymlessen.
Behalve dat mijn visie op het kunstonderwijs is veranderd heb ik ook de school de kans gegeven om zich verder in kunsteducatie te verdiepen. Ik hoop hen hier enthousiast voor te hebben gemaakt door mijn theoretisch onderzoek met hen te delen en de accenten te leggen op de conclusies uit de praktijk op hun eigen school.
Om Kunst In Samenhang doelgericht en betekenisvol te maken is het belangrijk om het didactisch model te gebruiken (de Graaf, 2011). Dit model heb ik dan ook bij al mijn kunstlessen gebruikt, wanneer je dit model hanteert gebruik je drie productcomponenten die in een kunstles terug te vinden zijn.
- Betekenis, dit heeft te maken met de inhoud van de opdracht, het is belangrijk dat de inhoud/opdracht een link heeft met de belevingswereld van de kinderen.
- Vorm, dit heeft te maken met de beeldaspecten waardoor de inhoud vorm krijgt.
- Materiaal, dit heeft te maken met de gebruikte materialen tijdens de les.
Door de lessen die ik met behulp van dit model gegeven heb ik mijn mentor hier nu ook van overtuigd. Ook zij gebruikt tijdens haar kunstlessen nu het didactisch model.
Proces
Dit onderzoek is gedaan omdat kunsteducatie de laatste jaren een grote sprong heeft gemaakt binnen het kunstonderwijs en beeldende vorming hier een belangrijk deel van uitmaakt. Ik heb mezelf de vraag gesteld wat het nou precies inhoudt en of het echt een meerwaarde heeft voor het vak beeldende vorming. Ik heb verschillende ontdekkingen gedaan en nieuwe ideeën gevormd over het begrip kunsteducatie.
Ik ben begonnen met een literatuurstudie over kunsteducatie, cultuureducatie en kunst in samenhang. Van tevoren dacht ik dat dit allemaal precies hetzelfde in zou houden maar het blijken toch uiteenlopende begrippen te zijn. Ik heb gekozen om het onderzoek te vervolgens over het begrip kunsteducatie aangezien dit voor mij het beste aansloot bij het onderwijzen van de kunstvakken en waar ik meer over wilde leren.
Het gevolg van deze literatuurstudie is dat ik beeldende vorming nu een onderdeel vind van een proces, genaamd cultuureducatie. De didactiek van beeldende vorming heb ik de afgelopen altijd goed toegepast maar ik heb nooit iets gedaan waarbij ook de andere kunstvakken aan de orde kwamen. Ik liep kunsteducatie uit de weg omdat ik mezelf niet op mijn plek voel bij vakken als muziek en drama. Uit de theorie is gebleken dat iedere leerkracht deze vakken kan onderwijzen, je moet je hier als leerkracht wel voor in willen zetten. Wanneer je ervoor zorgt dat je de juiste didactiek toepast in je lessen en het zorgvuldig voorbereid dan lukt dit ook, en oefening baart tenslotte kunst!
In het praktijkonderzoek heb ik lessenserie van vijf gegeven waar beeldende vorming, muziek, drama en poëzie deel van uitmaakten. Ik heb ervaren dat het klopt wat er in de literatuur staat, ik heb ervaren dat je met een goede voorbereiding ook bij deze vakken een heel eind komt. Het kost wel meer moeite dan een vak wat je meer ligt, maar je krijgt er dan ook veel voor terug. Ik vond het heel erg leuk om te doen en te zien dat ik de leerlingen ook op dit gebied wat bij kon brengen. Echter wanneer je je hier als leerkracht niet voldoende voor inzet is de kans van slagen minimaal.
Na het uitvoeren van de lessenserie waren de leerlingen dolenthousiast, vooral over het feit dat ze zoveel wisten te vertellen van Keith Haring en zijn stijl. Dit heeft mij het meest verbaasd. In eerste instantie leek het mij geen leuk idee om het aan een kunstenaar te koppelen, ik dacht dat leerlingen dit saai zouden vinden. Vervolgens heb ik voor Keith Haring gekozen omdat zijn stijl misschien nog vrij dicht bij de kinderen zou liggen, verder wist ik ook niet veel van hem af. Toen ik de lessenserie ontwierp bleek ik het ook interessant vinden om meer over de kunstenaar te weten en erachter te komen waarom hij nou precies die stijl toepast in zijn werk. Verrassend was dat de leerlingen mijn mening deelde. De leerlingen blijken er dus echt enthousiast over te zijn, op deze manier kun je dus ook je beeldende vorming/kunst lessen veel betekenisvoller maken voor zowel de leerlingen als voor jezelf als leerkracht.
Uiteindelijk heb ik erg veel geleerd tijdens deze vakverdieping over kunsteducatie en beeldende vorming als deel hiervan, ervaren dat ik ook drama en muzieklessen leuk kan geven en de mening gevormd dat kunsteducatie deel uit moet maken van het onderwijs op alle basisscholen!
Gemaakte keuzes
Bij aanvang van het onderzoek noemde ik nog verschillende termen, kunsteducatie, cultuureducatie en kunst in samenhang. Ik dacht dat het allemaal onder hetzelfde viel. Ik heb ervoor gekozen om in de rest van het verslag altijd het woord cultuureducatie te gebruiken omdat er wel degelijk verschil is tussen deze 3 termen. Cultuureducatie verschilt eigenlijk het meeste doordat kunst een onderdeel is van cultuur en dat het geen synoniemen van elkaar zijn. Kunst is samenhang komt overeen met cultuureducatie, maar dan ben ik van mening dat het woord cultuureducatie toch meer bij ons onderwijs past. Educatie betekend immers lerend, opvoedend en vormend. En uiteindelijk is dat toch wat we willen bereiken met de kunstvakken. Niet alleen de samenhang staat centraal maar ook het leerproces en vooral de vorming die bijdraagt aan de opvoeding van de leerlingen. Het ultieme doel van educatie is toch de leerlingen wat ‘leren’, door kunst te onderwijzen, leert de leerling om op een andere, kritische manier naar al het beeldende materiaal om hem heen te kijken. Door kunst krijgen kinderen en jongeren de kans andere talenten te ontwikkelen dan de schoolse vaardigheden.
Mijn visie
Door het theoretisch- en het praktijkonderzoek is de kijk op cultuureducatie veranderd. Ik heb het woord meer betekenis kunnen geven en na aanleiding van de lessenserie die gegeven is zijn er nieuwe ideeën over ontstaan en is mijn visie als volgt:
Ik ben van mening dat kunsteducatie onafscheidelijk deel uit maakt van onderwijs maar ook van de opvoeding. Wanneer je kinderen wilt inwijden in de wereld, een eigen plek geven en ook zelf een bijdrage laten leveren aan het vormgeven van de dagelijkse werkelijkheid, dan kun je niet om kunst en cultuur heen. Het geeft kinderen een andere blik op de wereld en leert ze 'out of the box' te denken. Want als we doen wat we altijd hebben gedaan, krijgen we ook resultaat wat we altijd al hebben gehad. Het is aan de leerkrachten om de kinderen te laten zien dat er nog veel meer mogelijkheden liggen.
Daarnaast draagt kunst waarden over van generatie op generatie. Door kunst krijgen kinderen en jongeren de kans andere talenten te ontwikkelen dan de schoolse vaardigheden. Daarnaast kan kunst worden ingezet als middel bij andere ontwikkelingsgebieden, zoals sociaal-emotionele ontwikkeling en taalontwikkeling.
Door praktisch en probleemoplossend bezig te zijn met materialen zal de leerling een houding ontwikkelen waarin hij in staat is om andersoortige problemen op een creatieve manier op te lossen. Kunst stimuleert de fantasie en breidt oplossingsmogelijkheden uit.